Een duurzame keuken betekent ook een andere mindset als het gaat om vlees. In de nieuwe ZiN-masterclass Van kop tot staart legt Joël Broekaert haarfi jn uit dat juist de delen die we niet of nauwelijks gebruiken fantastisch lekker zijn. Joël: “En als je dat eenmaal doorhebt, ga je op een totaal andere manier naar vlees kijken.”
''Van kop tot staart denken en werken is in de eerste plaats verschrikkelijk leuk”, vertelt Joël enthousiast. “De delen van het beest die wij doorgaans eten zijn niet per se het meest interessant. Als je je verdiept in de materie kom je erachter dat er zoveel meer vlees aan een dier zit. Je gaat deze delen niet meer zien als een los stukje vlees, maar beschouwen als onderdeel van een dier dat geleefd heeft. Alles valt dan als een soort puzzel in elkaar.”
Dankzij de ZiN-masterclass ga je met een andere mindset, met meer respect, kijken naar het dier, aldus Joël. “Als je ervoor kiest om een dier te eten, eet dan het hele dier en niet alleen de voor de hand liggende delen. Automatisch ga je dan in jouw keuken kijken naar de culinaire mogelijkheden van de incourante delen. Daarnaast maak je bewustere keuzes: moet die kipfi let écht in de nasi of kan ik net zo goed tofu gebruiken?”
“Het is ironisch, maar de meeste smaak zit juist in delen van het beest die we vrijwel niet gebruiken”, gaat Joël verder. “Dan heb je het bijvoorbeeld over wangen. En van botten kun je natuurlijk een mooie jus trekken. Of denk eens aan kroepoek van gepofte zwoerd of aan een terrine van gestapelde varkensoortjes. Dat is echt super. Zelf ben ik ook gek op hersentjes. Ze zijn supervet en romig met een intense smaak. Laatst in Antwerpen proefde ik een mayonaise gemaakt van hersentjes. Zo fantastisch lekker. Het geeft je zaak extra elan wanneer je als gast ziet dat er goed wordt nagedacht over delen waar smaak in zit en wat je er mee kunt doen.”